Wat is de geboorte van een kindje toch een geweldig moment in je leven! En uiteraard leg ik dat moment graag voor je vast. Je kunt het ook zelf doen! Maar waar moet je eigenlijk op letten bij een newbornshoot? Photofacts.nl zegt er het volgende over:
1. Tijdstip
Echt pasgeborenen, in de eerste week, anderhalve week, krullen zich nog helemaal op in de houding die ze uit de baarmoeder kennen. Daarna neemt dat snel af. Wil je dat in beeld hebben, zorg dan dat je er op tijd bij bent. Maar ga ook niet te vroeg: een zware bevalling tekent zich ook nog wel eens aan de kleine, door vouwen, huidsmeer, ‘Berg’, lichte geelzucht (van dag 3 t/m dag 5) of andere minder aantrekkelijke kenmerken.
2. Hou ze warm
Pasgeborenen kunnen hun temperatuur nog niet zo best regelen. Zorg er daarom voor dat het behaaglijk warm is. De verwarming een paar graden hoger dus, of een extra straalkacheltje aan. Maar denk bijvoorbeeld ook aan de dekens waar je de kleine op fotografeert. Die zou je bijvoorbeeld even op de verwarming kunnen leggen, of in de wasdroger kunnen stoppen, zodat ze lekker warm zijn.
3. Voldaan en tevreden
Als de kleintjes net gegeten hebben, zijn ze uiteraard het meest tevreden. Als het enigszins kan, probeer een sessie dan vlak na een voedingsmoment te plannen. Waar je dan wel rekening mee moet houden is dat veel baby’s ook nog wat melk terug kunnen geven.
4. Zacht huidje, zacht licht
Een open deur wellicht, maar toch: babyhuidjes laten zich natuurlijk het beste tekenen bij mooi, zacht licht. Flitsen heeft op elke baby een andere uitwerking. Sommigen negeren het totaal, anderen kunnen best schrikken van de felle flits. Continulicht, indien voorhanden, is dan natuurlijk beter.
De warmte die je normaal als nadeel zou beschouwen bij portretfotografie, gebruik je hier natuurlijk in je voordeel. Zoek daarnaast ook naar ‘natuurlijke’ softboxen: een wiegje met een wit hemeltje is ideaal en kan bijna als een soort ‘lichttentje’ fungeren. Let wel altijd op voor (rose, blauwe of andere) kleurzwemen in het kinderkamertje!
5. Rust is geen stilte
Een andere open deur is dat je een rustige omgeving voor de kleine probeert te creëren. Ze kunnen immers schrikken van onverwachte geluiden. Een goede truuk is dan om de ruimte juist NIET helemaal stil te laten zijn. Als het wel helemaal stil is schrikken ze namelijk behoorlijk van een dichtslaande deur, blaffende hond of omvergelopen flitser.
Beter is het om een zacht, rustig muziekje aan te zetten op de achtergrond. Of desnoods de stofzuiger of alleen maar (zachte) ruis: het continue geluid op de achtergrond werkt dan juist rustgevend en dempt ‘onverwachte’ geluiden.
6. Hou het veilig
Kijk naar het werk van Anne Geddes en je denkt dat je met een (pasgeboren) baby álles kan. Onthoud altijd daar (meestal) veel Photoshopwerk bij komt kijken. Zorg dat de kleintjes altijd ondersteund blijven, kloon desnoods een klaarstaande ouder uit beeld weg, als hij of zij de buurt blijft om de kleine te ondersteunen. Ga een kindje ook niet in onnatuurlijke poses ‘vouwen’; een beetje helpen kan en mag, maar doe het uitermate voorzichtig!
7. Let op details!
Oh zo cliche, maar oh zo leuk en geliefd bij de kersverse ouders: detailfoto’s! Handjes of voetjes doen het altijd goed tijdens een newbornshoot. Combineer ze eventueel met de handen van een van de ouders, om te laten zien hoe klein ze echt zijn.
8. Truukjes
Slaapt een kleine bijna? Zachtjes over de neus strelen zorgt er vaak voor, dat ze de ogen sluiten. En om een baby in een bepaalde richting te laten kijken, kan het al voldoende zijn om ze even over de wang te aaien. Dankzij een aangeboren reflex zal de baby in die richting kijken. Het werkt niet bij elke baby, maar is de moeite van het proberen waard!
9. Neem de tijd
Alles voorbereid: een warme ruimte, baby net gegeten, ouders geïnstrueerd, spullen klaargezet, muziekje aan… En toch heeft de kleine er geen zin in. Wat voor alle kinderen geldt, geldt zeker ook voor pasgeborenen: wees geduldig. Kleintjes laten zich niet sturen. Als dat inhoudt dat er een extra voeding of troostmoment moet komen, dan is dat maar zo! Daarbij geldt ook: hou het simpel! Met twee of hooguit drie setups is de kleine er vaak al wel klaar mee. Verwacht (en beloof) dus niet teveel!
10. Schiet genoeg ‘rolletjes’
Bezuinig niet op het aantal foto’s dat je maakt!